Bezuinigingsmaatregelen Nederlandse Taalunie: tussenstand

Aan de leden van de IVN, 

Reactie op de rapportage van de NTU over het bezoek van Geert Joris en Maya Rispens aan het jubileumcongres van de neerlandici in Centraal-Europa.

Van 20-23 mei vond in Olomouc het jubileumcongres plaats van onze regio Centraal-Europa, Het bestuur feliciteert de vereniging Comenius nogmaals met dit bijzonder geslaagde congres. Een mooie opmaat voor ons 19de Colloquium in Leiden!

Op dit congres waren ook vertegenwoordigers van de NTU uitgenodigd om uitleg te geven over de bezuinigingsplannen. De NTU heeft op 29 mei van deze uitleg verslag gedaan in de nieuwsbrief op haar site: www.taalunieversum.org. Naar aanleiding van dit bericht hebben talrijke IVN-leden uit diverse regio’s verontruste mails gestuurd naar het IVN-bureau.

Het bestuur heeft per brief van 18 mei laten weten nog druk in onderhandeling te zijn over de voorgenomen bezuinigingen. Ook is aangegeven dat er uiterlijk begin juli meer duidelijkheid zal zijn. Maar nu de verontrusting door de NTU-nieuwsbrief steeds verder toeneemt, voelt het bestuur zich genoodzaakt tot een tussentijdse reactie. We beperken ons tot drie passages waarin de IVN met name genoemd wordt:

Met de Internationale Vereniging voor de Neerlandistiek (IVN) gaan we nu bekijken welke andere mogelijkheden er zijn om de positie van het Nederlands in het buitenland te versterken.

Inderdaad, dat wilde de IVN al jarenlang. De winst van de discussie tot nu toe is dat de NTU nu ook het belang daarvan onderstreept. Maar als deze formulering de indruk wekt dat de IVN zich heeft neergelegd bij de aangekondigde bezuinigingen dan willen wij dat graag hierbij rechtzetten. Nú gaat het eerst om drie bezuinigingsvoorstellen en de vraag of dit niet anders kan. De IVN denkt van wel. Dit is voor ons het punt van onderhandeling.

We hadden de Internationale Vereniging voor de Neerlandistiek (IVN) eerder moeten betrekken bij en moeten meenemen in de communicatie. Door omstandigheden moesten we de beslissingen echter snel naar buiten brengen. Wij betreuren deze communicatieve onhandigheid en hebben daarvoor ook onze verontschuldigingen aangeboden aan de IVN. Deze strekken zich uiteraard uit naar het hele veld.

De IVN heeft, om haar goede wil te tonen, verontschuldigingen aanvaard voor het feit dat er niet tijdig met haar is overlegd over de vraag hoe bezuinigingen kunnen worden ingevuld. Daarop heeft de NTU toegezegd alsnog te willen overleggen. De IVN heeft niet gezegd dat zij ‘betrokken wil worden bij’ of ‘meegenomen wil worden in’ de communicatie. De IVN ziet zichzelf immers als dé onafhankelijke belangenbehartiger van de ruim 600 docenten en hoogleraren in het buitenland. Het behoort tot de kerntaak van de Taalunie om het werk van onze leden te ondersteunen. Over hoe dat het beste kan wil de IVN graag praten maar ook hier geldt weer dat de eerste vraag is waarom er, gelet op de doelstellingen van de NTU, nog verder bezuinigd zou moeten worden op het buitenlands beleid. In dat overleg heeft de NTU toegestemd.

In 2014 was de Taalunie al gestart met het opstellen van een kader voor rapportering over de '(social) return on investment' van de afdelingen Nederlands in het buitenland. Dit instrument moet het mogelijk maken de Nederlandse en Vlaamse overheid op structurele en heldere wijze te informeren over wat de investeringen in de wereldwijde neerlandistiek en het Nederlands als Vreemde Taal opleveren. Dat deze investeringen lonen, is de overtuiging van iedereen die bij dit veld betrokken is. Het is nu zaak die kwantitatieve winst en die kwalitatieve meerwaarde te tonen. De Taalunie wil en kan dit niet alleen: we doen dat samen met de afdelingen Nederlands wereldwijd en de IVN, maar ook met de Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland en de diplomatieke posten ter plaatse.

Over deze benadering van ‘return on investment’ heeft de IVN nog geen ‘kader voor rapportering’ ontvangen. Wel kan op basis van openbaar beschikbare jaarrekeningen (die van 2011 en 2012) worden vastgesteld dat de Taalunie een financieel gezonde organisatie was. Ook kan op basis van de besluiten van de 76e en 77e vergadering van het Comité van Ministers worden geconcludeerd dat er een meerjarenbeleidsplan tot 2017 is vastgesteld waarin een bezuiniging van 6,5% is gerealiseerd.

In de afgelopen weken zijn er tal van geruchten, veronderstellingen en feiten boven water gekomen. Het bestuur is druk doende deze informatie te controleren. Op dit punt blijft het bestuur de inbreng van alle IVN-leden zeer op prijs stellen. De komende week zal, naar wij verwachten, ook de officiële resolutie van de vereniging Comenius worden gepubliceerd. Daarna zal, na een onderhoud op het Ministerie van OCW en voortgaand contact met de ambassade in Jakarta, zo snel mogelijk verdere informatie volgen.

Het bestuur van de IVN