Rood of Groen?

Nee, ik ga het niet over politiek hebben, alhoewel het in Zweden 2014 de eerste keer is dat we een superverkiezingsjaar hebben: een jaar waarin zowel de algemene verkiezingen voor het nationale parlement, de landsting (provincies) en de kommuner (gemeenten) gehouden worden en in hetzelfde jaar de verkiezingen voor het Europese Parlement zijn.

Nee, ik heb het over grammatica: de interne woordvolgorde in tweeledige werkwoordelijke eindgroepen in Nederlandse bijzinnen. De eerste keer dat ik hier over hoorde was tijdens mijn studie Nederlands hier in Zweden. Mona Arfs van de universiteit van Göteborg heeft hier haar doctoraalscriptie over geschreven, en kwam naar Stockholm om hier een gastcollege over te geven.

Op dit moment ben ik bezig met onderzoek voor mijn masterscriptie. Ik bestudeer een aantal literaire vertalingen die tegelijkertijd van dezelfde brontekst door verschillende professionele literaire vertalers zijn gemaakt. Om de verschillende vertalingen met elkaar te vergelijken, bekijk ik onder andere of de vertalers de groene of de rode volgorde gebruiken.

Voor degenen die niet weten waar ik het over heb, hier een korte uitleg. Neem bijvoorbeeld de zin: "Hij zei dat het inmiddels afgerond is". Je kunt echter ook zeggen "Hij zei dat het inmiddels is afgerond". De volgorde voltooid deelwoord - persoonsvorm wordt de groene volgorde genoemd en de volgorde persoonsvorm - voltooid deelwoord wordt de rode volgorde genoemd.

Toen ik Mona vroeg waarom het de rode en groene volgorde heet, antwoordde zij dat tijdens het eerste onderzoek naar dit fenomeen, de onderzoek(st)er een rode en een groene pen gebruikte om aan te geven welke volgorde de ondervraagde gebruikt.

Om iets meer over dit fenomeen te weten te komen, ben ik begonnen met Mona d'r scriptie te lezen. In de inleiding schrijft zij: "In grammatica's en taaladviesboeken zijn ook geen vaste regels te vinden." Als aspirerend wetenschapper vond ik dat ik de proef maar eens op de som moest nemen, en ik dook mijn huisbibliotheek in om te zien of een van mijn 'bijbels' hier iets over zegt. Jan Renkema verspilt hier in zijn Schrijfwijzer geen inkt aan. Het Groene Boekje en het Witte Boekje doen alleen uitspraak over spellingkwesties. Het Zweedse boek Nederländsk grammatik van Jaap de Rooy en Ingrid Wikén Bonde zwijgt hierover in alle talen. En Grammatica geregeld van het Genootschap Onze Taal maakt er geen woorden aan vuil. Tenslotte vind ik in Grammatica Nederlands: Woorden, zinnen en spelling van Henriette Houët een paragraaf hierover, maar ook die zegt niet meer dan dat de werkwoordelijke delen van een gezegde onderling vaak verwisseld kunnen worden.

Zowel de groene als de rode volgorde zijn dus toegestaan, maar Nederlanders hebben een persoonlijke voorkeur voor de ene of de andere volgorde, en die voorkeur is onder andere regionaal bepaald. En aangezien de vertalers in verschillende delen van het land zijn opgegroeid en in verschillende delen van het land wonen, hebben zij verschillende voorkeuren. Ik ben benieuwd of deze voorkeuren overeenkomen met de bevindingen uit eerdere onderzoeken. (Ik heb nog niet de tijd gehad hier naar te kijken).

Als ik deze blog schrijf, is het hier in Zweden skärtorsdag: wat in Nederland bekend is als witte donderdag. Pasen valt laat dit jaar, maar komt voor mij toch erg snel, te snel misschien. Ik weet niet of ik mijn onderzoek op tijd af kan ronden, en het me lukt voor de zomervakantie af te studeren. We zullen wel zien. Voor mij dit jaar geen rustig weekend, maar stressen met mijn neus in de boeken of achter de computer.

Voor de rest van jullie: Vrolijk Pasen, of zoals ze hier zeggen: Glad Påsk!

Monique Zwanenburg Widingsjö (Sollentuna)