Groene zeep in de Nederlandse les

In Suriname is het Nederlands een prestigetaal. Dat heb ik zo geleerd tijdens mijn lessen Sociolinguïstiek, en dat weet ik uit de talige context waar ik het grootste deel van mijn leven heb gewoond. Mijn moeder komt nog uit de generatie wiens mond met groene zeep gewassen werd als er Sranan gesproken werd; als haar niet-Nederlandssprekende pleegmoeder haar in het Sranan aansprak, was er geen haar op moeders hoofd die eraan dacht om ook in het Sranan te antwoorden. Zelf was ik zo stoer dat ik, op de middelbare school aangekomen, Sranan durfde te spreken; als onderdeel van mijn opstandig tienerzijn!

Nu ben ik in een van de Caribische delen van het Koninkrijk “Dutch teacher”, en ik realiseer me dat ik het Nederlands aan de man moet brengen. Die realisering is vrij snel nadat ik hier voet aan wal zette, ontstaan. Want, ontdekte ik, Nederlands is hier dan wel naast het Engels een officiële taal, maar het is geen prestigetaal.  Daar is helaas heel weinig mee gezegd. Ik zou willen dat er een woord is om aan te geven: non-prestige taal, of anti-prestige taal, om de plaats van het Nederlands op dit eiland aan te geven. Die benaming is er naar mijn weten niet. Maar met het fenomeen zelf word ik dagelijks geconfronteerd. De leerlingen van de middelbare school waar ik mijn St.Maartense carrière startte, kwamen en bloc mij bewonderen, en durfden soms zelfs te zeggen  (in het Engels uiteraard!): Hoe kan dat nou, dat u zwart bent en Nederlands geeft? Mijn eerste les zal mij eeuwig bijblijven. Ik had vernomen dat de leerlingen op de basisschool al wat Nederlands kregen, dus een openingszinnetje in het Nederlands moest kunnen, dacht ik. De bedoeling was: Goedemorgen, ik ga jullie Nederlandse les geven. Verder dan Goedem….. kwam ik niet. Heb het tot 4 keer toe geprobeerd.  Er werd in koor luidkeels geprotesteerd. Mijn cellphone, met instructietaal uiteraard in het Nederlands, vond ik steeds weer geherprogrammeerd in het Engels. Ik begon al te denken dat dat misschien wel automatisch ging vanuit de provider. Aan het eind van het schooljaar vertelde de 12 jarige dader mij het geheim: Hij pakte iedere keer als hij Nederlands had stiekem mijn telefoon uit mijn tas, en veranderde de taal in Engels. ‘Why? Because Dutch is stupid’.

De afgelopen week werd mij verzocht voor een groep  ambtenaren een cursus Nederlands te ontwikkelen, omdat hun Nederlandse taalgebruik , vooral in officiële situaties, zeer veel te wensen overlaat. Een soortgelijk verzoek is me eerder gedaan door de leiding voor hogere ambtenaren van de gewapende machten.  Is de positie van het Nederlands aan het ‘shiften’? zou men zich kunnen afvragen.

Ik heb dat even gedacht, maar de besprekingen met voornamelijk de gewapende machten overtuigden me van het tegendeel. Op gesprek om nog even te  kortsluiten wat en wanneer precies, bleken we er niet uit te komen. De mensen konden niet op maandag, want dan was er zoveel uit het weekend blijven liggen, ze konden niet op vrijdag, want  dan moesten ze zaken afronden (smile!!!). Ze konden niet op dinsdag, want dan hadden ze integraal overleg, dus bleef over de woensdag en de donderdag. Maar op de donderdag ging één van de mensen vaak naar Curaçao of Bonaire…… kon het niet gewoon 1 keer in de week? Tuurlijk, maar dan zou de cursus 20 weken in plaats van 10 weken duren. Ojee, nee dat zou niet mogelijk zijn.  Maar ze wilden wel….kon ik niet even het een en ander op papier zetten, zodat ze met vragen daarover naar mij toe konden komen?...............zucht. U begrijpt het al: geen cursus Nederlands voor deze hoge functionarissen.

Nu ligt er dus een nieuw verzoek vanuit een ander ministerie. Dat ministerie heeft duidelijk gemaakt dat het er bij hun wel van gaat komen, en dat ze er bovendien voldoende geld voor over hebben. De moeilijkheid is nu een zodanige cursus op te stellen dat de dames en heren ambtenaren gemotiveerd raken en blijven.

De ellende is dat het een vicieuze cirkel aan het worden is: Kinderen krijgen Nederlands op school, maar horen het in de rest van de samenleving niet. Vanwege de sterke positie van het (Amerikaans) toerisme, is hun focus zeer Amerikaans, Engels dus. Ze spreken dus buiten de Nederlandse les (en soms zelfs tijdens de Nederlandse les) uitsluitend Engels. Komen met meer of minder gebrekkig Nederlands in het ambtenarenapparaat terecht, en voeden kinderen in het Engels op, omdat dat makkelijker voor ze is. Dat kind hoort thuis uitsluitend Engels, vanwege de ouders die ervaren hebben dat Nederlands niet echt belangrijk is (anders zaten ze nu toch niet in een bepaalde positie???), En dan begint voor de juf Nederlands  de ellende op school opnieuw. Met de opleiding van die  juffen Nederlands wordt het trouwens niet zo nauw genomen. Elke Surinaamse juf die hier komt werken en zeg maar  een groep x heeft, wordt na een jaar gevraagd om Nederlands te gaan verzorgen voor de onderbouw of voor de bovenbouw of voor de hele school. Dat gaat vaak door tot aan de lagere klassen van de middelbare school, een gegeven dat de vicieuze cirkel vergroot en in stand houdt.

Hoe die vicieuze cirkel te doorbreken? Een middel vinden dat ervoor zorgt dat ‘Dutch is not stupid’. Misschien groene zeep aanschaffen, aanvankelijk alleen voor tijdens de Nederlandse les?  Haha, ik zie het al helemaal voor me! Dat wordt een grondige wasbeurt!

Renate Sluisdom (Sint Maarten)