De Berlijnse kijk op België

Er komt een mailtje binnen van een student journalistiek uit België die een reportage over Berlijn wil maken. Hij wil graag weten of de kijk van Berlijners op België veranderd is door alles wat er de afgelopen tijd is gebeurd, schrijft hij. Ik neem aan dat hij de moeizame regeringsformatie bedoelt. Bovendien vraagt hij zich af of de populariteit van de Nederlandse taal bij onze studenten daaronder te lijden heeft gehad.

Ik kan een glimlach niet onderdrukken. De Berlijnse kijk op België? Ik overvlieg in gedachten de afgelopen vier jaar in Berlijn waarin ik mezelf bij de meeste kennismakingen voorgesteld heb als Nederlandse die geboren en getogen is in België. Bijna elke keer moest ik vaststellen dat mijn geboorteland voor de gemiddelde Duitser niet meer is dan dat landje waar je doorheen rijdt op weg naar Frankrijk. Sommigen durven nog net een grapje over kinderlokkers aan. En een enkeling wil weten of ik dan uit het ‘gute’ of het ‘böse’ deel van België kom, wat dat ook moge betekenen. Het territorialiteitsbeginsel is trouwens helemaal niet bekend, want iedereen gaat ervan uit dat ik Frans spreek.

Nee, de meeste Duitsers knopen liever aan bij mijn Nederlandse achtergrond. Dat is makkelijker, want ze zijn allemaal al in Amsterdam geweest. Ze kennen allemaal wel een paar Nederlanders; koningin Beatrix, voetbaltrainer Louis van Gaal, de overleden tv-coryfee Rudi Carrell. En ze verstaan allemaal wel een paar woorden Hollands, want dat is tenslotte een Duits dialect.

Laten we hopen dat de studenten Nederlands in Berlijn beter weten. De mensen die de Nederlandse taal willen leren omdat Amsterdam hen zo fascineert (om welke reden dan ook) laten we even buiten beschouwing. De meeste studenten kiezen vanuit filologische interesse voor de neerlandistiek. Ze willen bijvoorbeeld Nooteboom of Mulisch in de originele taal bestuderen of zich in de Germaanse talen verdiepen. Of ze ambiëren een studieverblijf in Amsterdam (om welke reden dan ook).

Al met al vindt bij de meeste studenten Nederlands de eerste echte kennismaking met België pas plaats tijdens de colleges waarin het Nederlandse taalgebied wordt voorgesteld. Of tijdens een gastlezing van Tom Lanoye. Maar dan is de nieuwsgierigheid wél geprikkeld. Er wordt al eens geïnformeerd naar studieverblijven in Antwerpen of Gent en mijn werkcollege over het Nederlands in België was goed bezocht. Ik hoop dan ook op een toename van het aantal Berlijners dat tijdens de volgende rit naar Frankrijk een tussenstop in België maakt. Aan beide zijden van de taalgrens, dat spreekt vanzelf.

Janneke Diepeveen (Berlijn)