Nederlandse taal bezwijkt helemaal niet onder Engels

Joost van Velzen– 6:00, 8 mei 2017

Het Nederlands staat nog als een huis en is geliefd. De invloed van het Engels openbaart zich slechts in enkele sectoren.


                                                                                      Foto: Het jaarlijkse Groot Dictee der Nederlandse Taal. Van taalverlies blijkt nauwelijks sprake, blijkt uit onderzoek dat vandaag verschijnt. © anp

De Nederlandse taal behoudt een sterke positie in het dagelijks leven en wordt nauwelijks daadwerkelijk bedreigd door het Engels. Het Nederlands is in vrijwel alle sectoren van de samenleving dominant en bijna alle – oorspronkelijke en niet-oorspronkelijke ‘moedertaalsprekers’ – vinden het Nederlands een ‘mooie taal’ die vooral aan de volgende generatie moet worden doorgegeven. Dat blijkt uit het omvangrijke, vandaag te verschijnen rapport ‘De staat van het Nederlands’ van het Meertens Instituut, de Taalunie en de Universiteit Gent.

‘Als het van de attitudes afhangt, is het Nederlands dus een zeer vitale taal met uitstekende overlevingskansen voor de toekomst’ concluderen de onderzoekers. Ze gingen na of het Nederlands in een ‘superdiverse samenleving’ wel of niet verdrongen wordt door andere talen, die via immigratie en globalisering het Nederlands beïnvloeden.

Het voornaamste meetinstrument voor het onderzoek was een panel van 3003 Nederlanders, 3419 Vlamingen, 133 Friezen en 113 Brusselaars. De panelleden zijn mannen en vrouwen uit verschillende regio’s, van diverse leeftijden en van verschillende afkomst. Het panel, dat de enquête voortaan tweejaarlijks gaat invullen, werd gevraagd naar hun eigen taalkeuze en het taalgebruik dat ze observeerden op het werk, thuis of op school en in de media. Opvallend is de relatieve invloed van het Engels op de Nederlandse taal.

De bevindingen van de onderzoekers druisen in tegen het idee dat leenwoorden, veelal dus uit het Engels, funest zijn voor het Nederlands. Maar van taalverlies blijkt nauwelijks sprake. Het Engels rukt in sommige sectoren en onder jongeren weliswaar op, maar veel Engelse woorden worden ‘vernederlandst’, zoals ‘saven’, ‘appen’ en ‘gestreamd’. ‘Het gebruik van vreemde woorden in het Nederlands valt onder het kleinschalige niveau van de woordkeuze en richt geen wezenlijke schade aan in een taalsysteem’, stellen de onderzoekers vast.

Uitzonderingen zijn er wel. Uitgesproken Engelstalig is bijvoorbeeld de ict-sector, de lucht- en zeevaart en de onderzoeksector. Zo geven 48,3 procent van de Nederlandse, 53,6 procent van de Vlaamse, en 66,7 procent van de Brusselse respondenten die werkzaam zijn in de onderzoeksector aan dat het jaarverslag van hun werkgever ook in het Engels wordt gepubliceerd.

Het Engels is de grootste concurrent van het Nederlands bij het raadplegen van nieuws. In Nederland geeft 28,3 procent van de deelnemers aan nieuws ook in het Engels en andere talen te raadplegen, in Vlaanderen is dat 21 procent. Ook het taalgebruik op sociale media werd gepeild. Daaruit blijkt dat in vergelijking met Facebook en Twitter, er op WhatsApp meer uitsluitend Nederlandse berichten worden gepost en verstuurd.

Wereldwijd spreken ongeveer 24 miljoen mensen Nederlands.

Oude woorden geliefd
Ton den Boon, hoofdredacteur van Van Dale en schrijver van de taalrubriek in Trouw, kan zich vinden in de conclusies die de onderzoekers trekken: “Wij signaleren bij Van Dale zo’n vijf nieuwe Nederlandse woorden per dag. Een flink aantal heeft een Engelse herkomst, maar de meeste zijn Nederlandse samenstellingen. De emoties bij zulke nieuwvormingen is moeilijk te bepalen, maar ik merk dat mensen houden van oorspronkelijke Nederlandse woorden. Nieuwe woorden zijn nodig om met elkaar te communiceren, maar taalgebruikers hebben liefde voor oude, bijna vergeten woorden, zoals lankmoedig en onversaagd.

Bron: Trouw